Terugblik op 50 jaar museum Schokland 3 (1997)

door W.M. Oosterhof, directeur van 1981-1996

Eerste bouwfase
Direct na aanstelling ging alle aandacht uit naar de eerste bouwfase van Museum Schokland. Het plaatsen van een nieuwe zeewering en de bouw van een nieuwe administratie met inrichting. Zo zorgvuldig als er later met de oppervlakte van de terplagen werd omgegaan zo nonchalant ging dat bij de bouw van de administratie. Ik zie de heipalen nog voorgereden worden. Als lucifersstokjes dreef de heimachine voor een groot aantal genodigden de betonkolossen door de weke terpgrond. Sommige van 7 m waren zelfs te kort en moesten van een extra muts worden voorzien. Met dit schoonheidsfoutje was Monumentenzorg achteraf niet zo blij. Op 17 juli van dat jaar werden zeewering en administratie onder luid kanongebulder 'open' geschoten.

Wisselexposities
De periode dat ik aan Museum Schokland verbonden ben geweest ging vanaf het begin gepaard met een nieuwe doelstelling; in eigen huis werden vanaf dat moment met regelmaat exposities ontworpen en opgesteld. Dat ging in 1985 zover dat twee exposities ook nog door het land gingen reizen. Liefst 10 maal heb ik ze eigenhandig opgebouwd en afgebroken. Later heb ik dat niet meer gestimuleerd. Van alle exposities vond ik Urnen delven de meest fraaie. Dit was een expositie over hoe kunstenaars in de afgelopen eeuwen tegen opgravingen hebben aangekeken, aangevuld met waardevolle stukken uit betreffende opgravingen. Een snoepje!

Onderhandeling
Tot in dat zelfde jaar duurden de onderhandelingen voor mogelijke rechtsoverdracht van het museum tussen de RIJP en Gemeente Noordoostpolder. Maar liefst dertien jaar onderhandelen leverde één verliezer op: het museum! Van een aanvankelijk redelijk groot gepland museum kon door de geldontwaarding van al die jaren nog slechts een klein museum worden gebouwd. Tja!

Tweede bouwfase
Nagenoeg heel 1986 stond in het teken van het ontruimen van alle oude gebouwen, opslaan en scheiding van collecties tussen Schokland en Ketelhaven, begeleiding bouw, ontwerp en herinrichting. Op 1 oktober 1987, op de dag en het uur nauwkeurig dat het nieuwe museum werd overgedragen en geopend, brandde Nieuw Land in Lelystad tot aan de grond toe af. Dit laatste was wel nieuws voor de journaaluitzendingen. Geen nood, Museum Schokland zou nog menigmaal over de buis rollen.

Mammoeten etc.
De eerste grote expositie in het hernieuwde museum stond in het teken van de wolharige mammoet. Er zouden nog vele volgen waarvan die over dino's en de Siberische mammoeten in Emmeloord wel de meest spraakmakende zijn geweest.

Van Ulsen-cyclus
In de zomer van 1990, 1991 en 1992 werden respectievelijk Prediker, Job en Genesis door Henk van Ulsen opgevoerd. In totaal maar liefst 140 voorstellingen. Van Ulsen en ik bedachten samen steeds een nieuw spraakmakend decor en schaafden aan de teksten. Hij speelde, ondergetekende deed de algehele productie. Uiteindelijk is Job nog tweemaal op de tv uitgezonden. Als de kerk in 1993 niet de bestemming van trouwzaal had gekregen zou wellicht het beroemde Dagboek van een gek voor 80 avonden op stapel zijn gezet. Een passend decor kon onmogelijk maanden blijven staan, er stonden reeds huwelijksvoltrekkingen geboekt.

Herinrichting kerk
Ook zonder herinrichting van de kerk had deze ruimte passend gemaakt kunnen worden als trouwzaal. Deze herinrichting in het kader van een wisselexpositie kreeg al snel de functie van een permanente en heeft de aanzet tot huwelijksvoltrekkingen zeker versneld.

Milion, Historion
Het is steeds mijn streven geweest de uitzonderlijke geschiedenis van het Noordoostpoldergebied in een ruimer kader en in mijn optiek aan die geschiedenis verplicht, op waardige wijze te presenteren. Het bestaande museum voldeed daarvoor geenszins aan de gestelde eisen. Zowel het plan Milion, mogelijk latere vergroting Museum Schokland alswe! een persoonlijke poging het voormalig Domeinkantoor tot geschikt museum om te bouwen vonden geen genade. Het geheel heeft me wel doen besluiten in 1995 vrijwillig ontslag te nemen.

Voorlichting
Het was niet alleen mijn taak maar ook mijn passie de geschiedenis van Flevoland en die van de Noordoostpolder in het bijzonder uit te dragen aan een breed publiek. Het aantal kranten-, radio- en tv-interviews kan ik bij benadering niet schatten, het aantal spreekbeurten in het gehele land al helemaal niet. Voor een Amerikaanse serie Believe it or not moest eens een (onzichtbaar) loopplateau over de zeewering bij de kerk aangebracht worden. Zogenaamd relaxed en daar overheen lopend moest verhaal worden gedaan naar een camera die 150 m de akker op stond. De regisseur meende te weten dat je slechts op deze manier een ‘eiland-op-het-droge-gevoel' kon overbrengen. Rare Chinezen die Amerikanen.

Zwarte pagina
De zwarte bladzij uit de geschiedenis van Schokland, het ontvolkingsjaar 1859, heb ik nooit los kunnen zien van het wereldgebeuren in datzelfde jaar. Internationaal werd uitgedragen dat onder leiding van Ferdinand de Lesseps een aanvang werd gemaakt met het graven van het Suezkanaal. De Britse natuuronderzoeker Charles Darwin zorgde voor nog meer commotie met z'n publicatie The origin of species,de theorie van de organische evolutie.
Over de exodus van Schokland verschenen geen aangrijpende publicaties. Maar, zoals het met aandacht voor historische feiten wel vaker het geval is, kleine- of bijzaken krijgen later vaak een plaats. Het Suezkanaal is in ieder geval niet op de lijst van werelderfgoed geplaatst. Hoe snel kan de geest van de tijd veranderen. Ik ben er van overtuigd als morgen de evacuatie van 700 Schokkers zou plaatsvinden, alle internationale tv-stations zich zouden verdringen, CNN voorop.

Geen Schokker gevoel
Regelmatig is aan mij de vraag gesteld of ik ook Schokker bloed in de aderen had. Echter 'wat ick niet heb, sal ick oock niet sijn'. Het is me meerdere malen aangewreven te weinig aandacht voor de Schokland-geschiedenis te hebben. Aandacht wel degelijk! Het in ruime mate exposeren van voorwerpen die met de Schokker cultuur te maken hadden, of moet ik misschien zeggen, zogenaamd te maken hadden? Nee. Daarvoor was veel te weinig oorspronkelijk materiaal. Nog steeds worden voorwerpen tentoongesteld die de toets van de kritiek niet kunnen doorstaan. Welzeker begrijp ik dat de gevraagde behoefte tot inwilliging leidt, echter, hoe zit het dan met de museale ethiek? Voorbeeld, het persoonlijk reinigen van de voorzijde van de zogenaamde Schokker kanselbijbel gaf initialen, plaats en jaartal prijs die op geen enkele wijze overeenstemden met het noodzakelijke jaar van aanschaf. Op dat moment wordt zelfs een bijbel te licht bevonden. Neemt niet weg dat ik de huidige opstelling zeker kan waarderen. De replica van het Ommer doopvont had van mij niet in de kerk mogen staan. Deze verdient een plaats in de Schokland-expositie. Een kopie van de heilige Michaël zet je er ook niet neer.

Waardevol
Toch is het beste door mij achtergelaten wellicht iets Schokkers, namelijk de heringerichte museumkerk in de stijl van voor 1859. Weliswaar met materiaal van elders en toch hoofdzakelijk uit dezelfde periode en ook nog uit een Waterstaatskerkje. In samenhang met het gehele kerkgebouw zou dat wel eens het meest echte van heel voormalig Schokland kunnen zijn. Wie zou dat bijzondere en 's avonds zo fraai uitgelicht monument nog willen missen?

Komen en gaan
Het ging met mij zoals bij veel documentaires, begin en eind hebben doorgaans dezelfde strekking. Mijn eerste volledige expositie die ik inrichtte in 1982 ging over de Noordoostpolder in bezettingstijd, in 1995 eindigde ik met de bevrijding van hetzelfde gebied, ... en zie, het was zeer goed!

Illustraties
1 De jaren tachtig, tijd van grote veranderingen door de grootscheepse nieuwbouw
2 De door Oosterhof vereeuwigde prehistorische voetafdruk gevonden op kavel P14,aan de oever van de voormalige Vecht
3a, 3b Expositie “Levend lijk’. Prins Bernhard, burgemeester Hofstee Holtrop, Oosterhof
4 Expositie mammoeten (in Emmeloord) Prins Bernhard, burgemeester Knip, Oosterhof

www.schoklanddoordeeeuwenheen.nl