Eind 1961 werd vastgesteld dat sedert 1947 reeds meer dan 400.000 bezoekers
het Museum Schokland hadden bezocht.
Maar desondanks tekenden zich donkere wolken af. Er waren zorgen in verband met
het aanstaande vertrek van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders. Zal de
nieuwe gemeente Noordoostpolder voldoende interesse hebben? Zal het Rijk de
handen aftrekken van het museum? Zal de provincie Overijssel de helpende hand
uitsteken? Vele vragen waarop spoedig een antwoord gegeven moest worden.
Het kerkje dreigde ten onder te gaan. Met de toename van de klink werden de
scheuren in de muren groter. Nadat het water in 1942 was verdwenen begon het
verrottingsproces van de oude heipalen. In deze bange tijden ontstond de
Vereniging Vrienden van Schokland uit
het ledenblad - de Vriendenkring, nu rondom Schokland geheten - waaruit dit
artikel komt.
De dreigende ondergang werd gekeerd toen de Rijksoverheid de verantwoordelijkheid
voor de restauratie aanvaardde.
Onder architectuur van de heer Th.G. Verlaan voerde het aannemersbedrijf
Salverda de restauratiewerkzaamheden uit.
Het moeilijkste karwei was het aanbrengen van een nieuwe fundering. De palen
konden niet op de traditionele manier geheid worden, vanwege het dan dreigende
instortingsgevaar. Maar een nieuw systeem bracht uitkomst: de palen werden de
grond in geperst. Daarna konden de muren hersteld worden.
Slechts enkele bijzonderheden over de uitvoering. Het dak van pastorie en kerk
werden gedekt met leien. Van de aanbouwsels naast de pastorie werd alleen het
pomphok aan de zuidzijde in ere hersteld. Twee ramen van het kerkje die in de
muren waren weggebouwd werden weer zichtbaar gemaakt; de raamluiken daarentegen
werden verwijderd.
Het torentje op de kerk werd geheel vernieuwd en voorzien van een nieuwe klok
met uurwerk. Het oude haantje op de toren keerde in 1967 ook terug.
De schrijver
Fred Thomas
(de Stervende Binnenzee, Wijkend Water) had de haan - na een storm naar beneden gewaaid - naar
Amsterdam meegenomen als herinnering aan Schokland. Zijn vrouw wilde het
souvenir teruggeven in ruil voor een replica. Aldus geschiedde. En de oude haan
kraaide koning op zijn nieuwe woning, toen het bezoekersaantal in 1967 opliep
tot 65.000!
Bron: Jubileumnummer 50 jaar Museum Schokland (1947-1997). De Vriendenkring, 32e jaargang nr.2, Zomer 1997, pag. 34, 35.